Ok, ik snoer mezelf de mond
Ik richt mijn ogen naar de grond
Vooruit, ‘t is goed dan voor één keer
Ik trek me terug, toch min of meer
Iemand moet de slimste zijn
Al loop ik over van gelijk
Ik kruip gehoorzaam door het slijk
En ik maak een bocht, 540 ° terug
Zo is het snel achter de rug
Iemand moet de slimste zijn
Maar waarom ik altijd, waarom ik altijd
waarom ik altijd, waarom ik altijd
Waarom valt elke keer op rij
Die eer te beurt aan mij
Iemand moet de slimste zijn
Maar waarom ik altijd
En ik krijg alles op mijn bord
Ik schiet al veel te lang tekort
Maar ik slik door zonder gemor
Ik bijt op mijn tanden en mijn tong
Want iemand moet de slimste zijn
Ik lijm een brok , ik breek een lans
Hier blijft alles in balans
En ik streel een been, ik veeg een mouw
En ik toon ook poeslief mijn berouw
Ja, iemand moet de slimste zijn
Maar waarom ik altijd, waarom ik altijd
Waarom ik altijd, waarom ik altijd
Waarom valt elke keer op rij
Die eer te beurt aan mij
Iemand moet de slimste zijn
Maar waarom ik altijd